Bij gebruik van de achteruitkijkspiegel van een auto dient de bestuurder rekening te houden met :
De enige omstandigheid is dat de spiegel moet worden aangepast aan de lengte van de bestuurder
De enige omstandigheid is dat de objecten in de bolle spiegel verder weg worden gezien dan ze in werkelijkheid zijn
De enige omstandigheid is dat de spiegel "onzichtbare gebieden" heeft, waardoor deze niet altijd een perfect gezichtsveld en het volgen van tegenliggers kan bieden