Om het voertuig stil te zetten voor de tijd die onvermijdelijk nodig is om passagiers zonder vertraging op te halen of neer te zetten, en/of het laden of lossen van goederen zonder vertraging.
De verplichting van de bestuurder om niet te beginnen met rijden of een manoeuvre, noch om dergelijke handelingen voort te zetten als de bestuurder die voorrang heeft abrupt van richting of snelheid verandert.
Om het rijden te onderbreken om een reden die onafhankelijk is van de chauffeurs, zal, e.g. als gevolg van voertuigpech.