Moet het voertuig op één rijstrook laten gaan + van rijstrook wisselen waar toegestaan + signaal + onbeleefd naar de rechterbaan gaan + motorvoertuig gaat linkerbaan + lagere snelheid gaat naar rechts.
Antwoord 2 is onjuist omdat lagere snelheid naar links gaat.
Op een weg met meerdere rijstroken voor voertuigen die in dezelfde richting rijden, gescheiden door rijstrookmarkeringen, moet de voertuigbestuurder het voertuig op één rijstrook houden en alleen van rijstrook wisselen op plaatsen waar dit is toegestaan; bij het wisselen van rijstrook. signalen en zorgen voor veiligheid.
Voertuigen die deelnemen aan het wegverkeer die met een lagere snelheid rijden, gaan naar links.
Op een eenrichtingsweg met rijstrookmarkeringen moeten rudimentaire voertuigen op de binnenste rechterbaan rijden, motorvoertuigen en speciale motoren rijden op de linkerbaan; voertuigen die deelnemen aan het mobiele wegverkeer rijden met lagere snelheid naar rechts<2 >